Actuariële analyse
Het verloop van de technische voorziening werd voor een groot deel bepaald door de bewegingen van marktrentes en beleggingsrendementen.
In onderstaande tabel vind je een analyse van het actuariële resultaat. Hierbij worden de actuariële uitgangspunten van het pensioenfonds vergeleken met de werkelijke actuariële ontwikkelingen over het verslagjaar. De bedragen wijken af van de bedragen in de jaarrekening, die boekhoudkundig zijn bepaald.
Actuariële analyse
| Bedragen x € 1.000 | 2022 | 2021 |
|---|---|---|
| Resultaat op beleggingen | -3.021.060 | 911.979 |
| Resultaat op wijziging RTS | 2.625.195 | 640.823 |
| Resultaat op premie | -20.689 | -33.933 |
| Resultaat op waardeoverdrachten | -106 | 325 |
| Resultaat op kosten | 727 | 918 |
| Resultaat op uitkeringen | -95 | 288 |
| Resultaat op kanssystemen | 10.318 | 15.578 |
| Resultaat op toeslagverlening | -770.947 | -297.642 |
| Resultaat op overige (incidentele) mutaties technische voorzieningen | -53.853 | 3.039 |
| Resultaat op andere oorzaken | 70 | 1.281 |
| Totaal saldo van baten en lasten | -1.230.440 | 1.242.656 |
In 2022 zijn de volgende belangrijke effecten op actuarieel resultaat te onderscheiden:
Beleggingen
Onder resultaat op beleggingen wordt verstaan:
- alle directe en indirecte beleggingsopbrengsten inclusief kosten van het vermogensbeheer;
- de rentelasten over vreemd vermogen, achtergestelde leningen en rekening-courantverhoudingen met andere partijen;
- de benodigde intresttoevoeging aan de technische voorzieningen. Deze wordt vastgesteld aan de hand van de eerstejaars spot rate uit de door DNB gepubliceerde RTS per jaar ultimo van het vorige verslagjaar.
Het resultaat op beleggingen in het boekjaar bedraagt -€ 3.021 miljoen. Voor een gedetailleerde onderbouwing van dit resultaat is uitgebreid ingegaan in het hoofdstuk ‘Beleggingen’. Het rendement op de beleggingen draagt in 2022 negatief bij aan de dekkingsgraad.
Wijziging rentetermijnstructuur (RTS)
De RTS ultimo 2022 ligt ruim boven de RTS ultimo 2021. Wanneer beide curves worden uitgedrukt in één gemiddeld rentepercentage is de rente in 2022 met ongeveer 2,1%-punt gestegen wat leidt tot een afname van de voorziening en dus tot een positief resultaat. Het resultaat hiervan bedraagt € 2.625 miljoen.
Premie
De jaarlijks vaste premie van 23% van de pensioengrondslag wordt in het premiedepot gestort. Dit percentage ligt onder het niveau van de gedempte kostendekkende premie ad 26,2%. In 2022 waren er voldoende middelen beschikbaar in het premiedepot waardoor in 2022 de volledige opbouw van pensioen kon worden gefinancierd uit het premiedepot. Het percentage op basis van de zuivere kostendekkende premie lag eveneens boven de 23%.
Kanssystemen
Aan het vaststellen van de technische voorzieningen liggen kanssystemen ten grondslag. De belangrijkste zijn sterfte en arbeidsongeschiktheid.
Toeslagverlening
Het bestuur heeft op basis van de financiële positie besloten om in 2022 een gedeeltelijke toeslag te verlenen. Het resultaat als gevolg van deze toeslagverlening bedraagt -€ 771 miljoen.
Overige (incidentele) mutaties technische voorzieningen
In het boekjaar is de prognosetafel geactualiseerd, en zijn ook de fondsspecifieke ervaringssterftecurves herijkt. Het resultaat als gevolg van deze wijzigingen bedraagt -€ 54 miljoen.
Andere oorzaken
Dit zijn overige actuariële resultaten die ontstaan doordat de feitelijke uitkomsten afwijken van hetgeen actuarieel verondersteld is. Deze resultaten zijn niet toe te wijzen aan één van de eerdergenoemde categorieën.
Kostendekkende premie
De kostendekkende premie bestaat uit een actuarieel benodigde premie voor de pensioenopbouw en de risicodekkingen voor overlijden en arbeidsongeschiktheid, de solvabiliteitsopslag, de opslag voor uitvoeringskosten en de opslag voor toeslagverlening en reservetekort. De kostendekkende premie is berekend op basis van de rentetermijnstructuur.
Bij de vaststelling van de gedempte kostendekkende premie wordt uitgegaan van het verwachte rendement met een opslag voor de toekomstbestendige toeslagverlening van de toeslag ter hoogte van de verwachte prijsinflatie. Het bestuur heeft besloten om het ingroeipad voor de inflatie vast te zetten met als peilmoment 30 september 2020 (rentetermijnstructuur). Ook voor wat betreft de samenstelling portefeuille zakelijke waarden is de rentetermijnstructuur per eind september 2020 genomen.
In de volgende tabel is een overzicht van de zuivere (RTS), de gedempte kostendekkende en feitelijke premie opgenomen.
| Premie voor risico pensioenfonds | RTS (incl. UFR) |
Gedempt | Feitelijk |
|---|---|---|---|
| Actuarieel benodigde premie voor inkoop onvoorwaardelijke onderdelen van de regeling: | |||
| • regulier | 119.233 | 97.799 | 97.799 |
| • risicopremie overlijden | 6.008 | 5.769 | 5.769 |
| • opslag voor uitvoeringskosten | 6.552 | 5.902 | 5.902 |
| • de risicopremie voor WIA-excedent en premievrijstelling bij invaliditeit | 9.853 | 8.893 | 8.893 |
| • solvabiliteitsopslag | 21.838 | 0 | 0 |
| Toetswaarde premie | 163.484 | 118.363 | 118.363 |
| Overige premie | |||
| • Individueel pensioensparen | 489 | ||
| • Solvabiliteitsopslag DC | 1.924 | ||
| • Afrekening vorig boekjaar | 21 | ||
| Totaal feitelijke premie | 120.797 | ||
| Waarvan | |||
| • feitelijke premie voor risico pensioenfonds | 94.156 | ||
| • feitelijke premie voor risico deelnemer | 26.641 | ||
| Totaal feitelijke premie | 120.797 |
Het pensioenfonds voldoet aan de eis dat de feitelijke premie minimaal gelijk moet zijn aan de gedempte kostendekkende premie.
Vereist eigen vermogen
Het vereist eigen vermogen is gebaseerd op de strategische portefeuilles en is bepaald op 16,9%. Als het vereist eigen vermogen bepaald zou zijn op basis van de actuele portefeuille, zou het ook uitkomen op 16,9%.
Oordeel van de externe actuaris over de financiële positie
Het oordeel over de vermogenspositie van de waarmerkend actuaris is gebaseerd op de tot en met balansdatum aangegane verplichtingen en de op dat moment aanwezige middelen. De beleidsdekkingsgraad van het pensioenfonds op balansdatum is hoger dan de dekkingsgraad bij het (minimaal) vereist eigen vermogen. De actuele dekkingsgraad van het pensioenfonds op balansdatum is 121,5%.